scheidingsprofessionals

Werkt u met kinderen die de overgang maken van één huis naar twee huizen? Of met kinderen die in twee huizen wonen, of één hoofdverblijf hebben en regelmatig verblijven bij hun andere ouder? Misschien werkt u met scheidende partners, of met ouders die gaan apart wonen of al apart wonen. Bent u bemiddelaar in familiezaken of advocaat of notaris, of justitieassistent of begeleider in een bezoekruimte? Wat wilt u weten? Waarover wilt u reflecteren?

Zoekt u inspiratie om via de ouders interventies te doen gericht op het welbevinden van hun kinderen? Wat kunt u professioneel doen met het gegeven dat ‘spreken, weten waarom, meetellen, niet klem zitten’ het welbevinden van kinderen ten goede komt?

Deze Tweehuizensite voor scheidingsprofessionals is voorlopig beperkt tot een verwijzing naar het boek Ik tel mee!. Dit werkboek biedt praktische handvatten om kinderen vanuit een professionele rol extra ruimte te geven. De interventies zijn beschreven in het kader van ouderschapsbemiddeling maar zijn ook van toepassing in andere werkcontexten.

Het boek neemt u eerst mee naar wetenschappelijk onderzoek. Wat steunt kinderen? De ouders zijn veruit de beste experts om hun kinderen doorheen de scheiding te helpen. Verstevig de ouders en je verstevigt hun kind. Wat kunnen kinderen en ouders doen om de last van een scheiding draaglijk te houden? Kijken door de ogen van wetenschap, kinderen en ouders is een omweg om uiteindelijk met eigen ogen te kijken. Hoe kunt u kinderen steunen door hun ouders te steunen?

In het boek zit een DVD met de film kindgerichte ouderschapsbemiddeling. De film toont hoe een bemiddelaar ‘ouder zijn’ naast ‘ex-partner zijn’ zet, hoe een bemiddelaar ouders uitnodigt om hun kinderen te laten meetellen in de regelingen, en hoe ouders rekening houden met wat hun kinderen belangrijk vinden. De bemiddelaar in het rollenspel is een therapeut-bemiddelaar. De rollenspelen worden afgewisseld met commentaar van een advocaat-bemiddelaar en een notaris-bemiddelaar.

Bekijk hier de doorbladerbare pdf van het boek Ik tel mee!


U kunt de DVD met interventies van de ouderschapsbemiddelaar bestellen via www.vcok.be aan 15 euro.

het overzicht
de inhoudstafel
het project

het overzicht

IK TEL MEE! OVERZICHT

Vier perspectieven en vier richtlijnen

U bent ouderschapsbemiddelaar? U wilt zich weloverwogen inzetten voor de kinderen? Wij maken met u een omweg. We nemen u eerst mee naar wetenschappelijk onderzoek: wat steunt kinderen eigenlijk? Dan laten we u mee kijken door de ogen van kinderen en van ouders. Als vierde stap gaan we terug naar het eigen perspectief.

Wat vinden kinderen lastig? Wat stelt kinderen gerust? Wat zegt de wetenschap hierover? U kijkt door de ogen van kinderen. Wat kunnen kinderen zelf doen om de last van een scheiding draaglijk te houden? U kijkt door de ogen van ouders. Hoe kunnen ouders de draagkracht van hun kinderen ondersteunen? U kijkt als bemiddelaar. Hoe kunnen bemiddelaars via de ouders hun kinderen steunen?

We hebben uit de stand van het wetenschappelijk onderzoek vier factoren geselecteerd die in de meeste onderzoeken naar voor komen. De invloed van ‘the child caught in the middle’ blijkt al tientallen jaren uit internationaal onderzoek. Dat ‘spreken over moeilijkheden’, welbevinden bevordert wordt ook algemeen aanvaard. De andere twee factoren ‘meetellen’ en ‘een goede verklaring hebben’ nemen we over uit recent onderzoek van professor Ann Buysse in Vlaanderen. Deze vier factoren nemen we telkens als richtlijnen – ‘guidelines’ – mee naar de perspectieven van kind, ouders en bemiddelaar.

Zo vormen we een kaart om met ‘kinderen in bemiddeling’ om te gaan. Wat doen kinderen en ouders en bemiddelaars met het gegeven dat ‘spreken, weten waarom, meetellen en niet klem zitten’ het welbevinden van kinderen ten goede komt?

Het echte leven is ingewikkelder dan het boek

Een kaart is uiteraard maar één manier om naar de werkelijkheid te kijken. En elke kaart heeft zijn beperkingen en mankementen. Een kaart vereenvoudigt het echte leven. In dit boek komen kinderen en ouders naast elkaar naar voor. Alsof kinderen en ouders los staan van elkaar. Dat is natuurlijk niet zo. In het echte leven zijn ouders en kinderen onlosmakelijk met elkaar verbonden. Wat een kind doet en niet doet bepaalt mee wat een ouder doet en niet doet, en omgekeerd. In het ware leven spelen de verschillende perspectieven tegelijkertijd en speelt veel meer dan de vier eenvoudige richtlijnen.

Wetenschappelijke bevindingen leveren guidelines. Richtlijnen zijn wegwijzers, geen dogma’s. We stellen de richtlijnen met de nodige bedachtzaamheid voor. Het gaat niet over Doe het zus of Doe het zo dan wel over De ene doet het zus, de andere doet het zo. Wat werkt bij de een, werkt niet bij de ander. Ouders en kinderen voelen wat wel en wat niet bij hen past. Wat het ene kind geruststelt kan een ander kind verontrusten. Er bestaat geen aanpak die goed is voor iedereen. Ouders voelen zelf aan hoe ze best met elkaar en met hun kinderen omgaan.

Perspectief van de bemiddelaars

Kijken door de ogen van wetenschap, kinderen en ouders is een omweg om uiteindelijk door eigen ogen te kijken. Wat kunnen bemiddelaars doen met de vier richtlijnen?

Caring

De eerste stap is uiteraard ouders bevestigen in wat ze goed doen. Wat doen ouders goed? En wat kan een bemiddelaar hierover zeggen? Een duwtje in de rug lijkt een banale tussenkomst. In onderzoek geven ouders echter aan dat ze net dat duwtje in de rug erg missen. Een bemiddelaar zit in een goede positie om ouders aan te spreken op wat ze goed doen.

Uit het verslag van het onderzoek van Buysse Opvoedingsondersteuning in opdracht van de Gezinsbond (2007):

‘Verschillende ouders gaven aan dat steun vaak enkel komt als het moeilijk is, terwijl het heel erg ondersteunend kan zijn als iemand eens zegt dat het goed gaat, dat ze het als ouders goed doen, dat hun kinderen het goed doen… Bevestiging krijgen dat je het goed doet als ouder wordt als zeer ondersteunend ervaren. Het hoeft niet altijd om problemen te gaan… Zoals reeds vermeld, geven ouders aan dat ze in het algemeen – en niet enkel op school – weinig positieve feedback krijgen en dat ze dat wel missen… Doorheen het onderzoek kwam herhaaldelijk naar voor dat ouders bevestiging dat ze ‘goed bezig zijn’ als ondersteunend ervaren… De meeste initiatieven voor opvoedingsondersteuning zijn inderdaad gericht op het remediëren van problemen: ‘wat te doen als er problemen zijn’. Een duwtje in de rug als het goed gaat, is echter minstens even belangrijk. Vandaar een pleidooi voor een complementaire, positieve benadering. Het geeft ouders vertrouwen en steunt hen om hun opvoedingsproject verder te zetten.’

Provocing

Pas als ouders merken dat de bemiddelaar hen waardeert, heeft aanzetten tot verandering zin. Waar kunnen ouders extra op letten? Een bemiddelaar kan ‘luisteren en babbelen’, ‘uitleg geven’ en ‘iets doen met wat uw kind zegt’ bespreekbaar maken. Door te bemiddelen op zich, draagt de bemiddelaar bij tot ‘kinderen zitten niet klem’.

Top

 

de inhoudstafel

IK TEL MEE! INHOUDSTAFEL

Project Kinderen in bemiddeling
Woord vooraf
Overzicht

Perspectief wetenschap - Wat steunt kinderen?
Perspectief kinderen - Wat kunnen kinderen doen?
Perspectief ouders - Wat kunnen ouders doen?

PERSPECTIEF BEMIDDELAARS - Wat kunnen bemiddelaars doen?

Vier richtlijnen en vier perspectieven

Een bemiddelaar blijft op de achtergrond
Een bemiddelaar werkt strategisch

Context maken waarin ouders zakelijk regelen

Wat is zakelijk regelen?
Niet te veel afgeleid door emoties

  • Bemiddelingsprincipes toepassen
  • Een bemiddelingsprocedure volgen
  • Geduldig zijn
  • Holding both realities
  • Kijken met mildheid
  • Inzet van ouders erkennen
  • Standpunten gelijkwaardig naast elkaar zetten
  • Verleden naast toekomst zetten
Ouders regelen als ouder niet als ex-partner
  • Ouder en ex-partner naast elkaar zetten
  • Inhoudelijke conflicten een plaats geven
  • Pseudo-inhoudelijke meningsverschillen herkennen.
  • Waarom door de ogen van ons kind kijken?

‘Kinderen tellen mee’ bespreekbaar maken
Meetellen in wat?

Wat is bemiddeling?
Ouders geven hun kind uitleg bij de start van de bemiddeling
Wat wil ons kind weten?

  • Waarom uitleg geven over bemiddeling?.
  • Scenario maken
  • Clausule in het bemiddelingsprotocol
Ouders geven hun kind uitleg bij de afronding van bemiddeling met overeenkomst
  • Waarom uitleg geven over verloop van de bemiddeling?
  • Scenario maken
Ouders geven hun kind uitleg bij de afronding van bemiddeling zonder overeenkomst
  • Waarom uitleg geven over overstap naar een ander traject?
  • Scenario maken

Mag/moet het kind mee beslissen?

In welke mate willen de ouders dat hun kind meetelt in de regelingen?

  • Wat betekenen onze regelingen voor ons kind?
  • Hoe geven wij leiding en hoe nemen wij leiding?
  • Is er een verschil tussen meetellen en mee beslissen?
  • Hoe spreken wij over onze bekommernissen?
  • Scenario maken
Ouders hebben een akkoord over de bekommernissen
  • Wat vindt ons kind belangrijk?
  • Wat vinden wij beiden belangrijke bekommernissen?
Ouders houden rekening met de bekommernissen
Bekommernissen in beeld brengen

‘Kinderen weten waarom’ bespreekbaar maken

Waarover uitleg geven?
Waarom scheiden jullie?

  • Wat zeggen wij over de reden van onze scheiding?
Waarom deze verblijfsregeling?
  • Waarom kiezen wij voor deze regeling?
  • Verblijfsregeling vertalen in kindertaal

‘Kinderen spreken met woorden’ bespreekbaar maken

Wie spreekt met kind ?
De ouders spreken met hun kind

  • Hoe spreken wij met ons kind?
  • Scenario maken
Als de bemiddelaar met het kind spreekt …
  • Voorwaarden
  • Waartoe?
    • Kind krijgt informatie over bemiddeling
    • Kind merkt inzet van ouders
    • Kind verwoordt vragen
  • Nabespreking met de ouders
Als een therapeut met het kind spreekt …

Literatuur

Bijlage

DVD met de film Kindgerichte Ouderschapsbemiddeling

Top

 

het project

PROJECT KINDEREN IN BEMIDDELING

Kinderen van apart wonende ouders, iedereen wil voor hen het beste. Iedereen wil iets doen, ook bemiddelaars.

Elke ouderschapsbemiddelaar doet veel voor kinderen

Bemiddelaars beseffen vaak niet de impact die zij hebben op welzijn van kinderen, enkel door te bemiddelen volgens de gewone bemiddelingsprincipes. Elke bemiddelaar doet dus al heel wat voor de levenskwaliteit van de betrokken kinderen.

Elke bemiddelaar doet wat kinderen vooral willen dat gebeurt. Kinderen willen dat onenigheid tussen hun ouders stopt. Uit onderzoek blijkt dat kinderen last hebben van aanhoudende spanningen tussen hun ouders over hen. Een goed onderhandelde ouderschapsovereenkomst zorgt ervoor dat kinderen niet klem geraken in een conflict tussen hun ouders. Bemiddelen op zich, ondersteunt kinderen. Bemiddelen is een moeilijk vak. Goed bemiddelen is goed voor de kinderen zorgen. Een bemiddelaar helpt ouders hun ouderschap zakelijk regelen en is daardoor – op zich – kindvriendelijk.

Elke ouderschapsbemiddelaar brengt de kinderen in beeld. Een ouderschapsbemiddelaar zet ouder-zijn naast ex-partner-zijn. En doet ouders als ouders stilstaan bij de bekommernissen van hun kind en bij de effecten van regelingen op hun kind. Zo krijgen kinderen ruimte in elke ouderschapsbemiddeling.

Vele bemiddelaars willen meer doen

Naast 'gewoon' bemiddelen kan een bemiddelaar zijn bijzondere positie benutten om kinderen in bemiddeling extra ruimte te geven, uiteraard zonder hen relationeel te belasten.

VCOK www.vcok.be is een vormingscentrum gespecialiseerd in adoptie, kinderopvang, opvoeding en bemiddeling in familiezaken. VCOK traint al jaren bemiddelaars in familiezaken en in elke opleiding duikt telkens hetzelfde debat op. Hoe kinderen méér betrekken bij de bemiddeling? VCOK bleef hierbij steeds wat bedachtzaam en voorzichtig. Ook buitenlandse praktijk en onderzoek – o.a. in Australië – wijst op risico’s en fundeert aarzeling. De jarenlange band van VCOK met universitair onderzoek is een stap naar doordachte interventies gericht op welbevinden van kinderen. In november 2007 startte een grootschalig onderzoek – het IPOS van UGent en KULeuven www.scheidingsonderzoek.be – naar de bepalende factoren van de levenskwaliteit bij scheiding. Dit was de ideale uitgangsbasis om er echt werk van te maken.

De Vlaamse gemeenschap, afdeling welzijn, heeft het project Kinderen in Bemiddeling gesteund. Het project wil het welzijnseffect van bemiddeling optimaliseren. Geen wetenschappelijk onderzoek, wel een wetenschappelijk gestuurde zoektocht naar praktische tools voor bemiddelaars die zich extra willen inzetten voor kinderen van apart wonende ouders.

VCOK project

VCOK wilde eerst weten wat de kinderen zelf zeggen dat zij belangrijk vinden als hun ouders apart gaan wonen. Uit een onderzoek van Neale (2002) in Engeland onthielden we dat de meeste kinderen willen participeren aan de overgang van apart wonen naar apart wonen. Zij willen deelnemen door samen met hun ouders te denken en praten over de veranderingen in het gezin. Zij vinden privacy belangrijk, en spreken daarom bij voorkeur met hun ouders of andere bekenden. Uit een onderzoek van Buysse en Ackerman (2005) in Vlaanderen onthielden we dat kinderen willen zien dat ze het verschil maken, en behoefte hebben aan een echte verklaring van de scheiding.

Een wetenschappelijke stuurgroep (UGent faculteit Psychologie en KULeuven faculteit Geneeskunde) onderschreef bij de start krijtlijnen van het project. Het project wil de bemiddelaar handvatten geven om naast zijn rol als bemiddelaar extra welzijnsdoelstellingen te realiseren. Hoe kan een bemiddelaar gericht en weloverwogen

  1. spreekmogelijkheden van kinderen uitbreiden,
  2. samen met ouders en kinderen positieve betekenisverleningen mee construeren,
  3. inzet van ouders en kind zien, zichtbaar maken en (helpen) erkennen?

Interventies dienen aan te sluiten bij de draagkracht van ouders en kind. Wat zijn standards of good practice? Wat zijn de mogelijkheden, voorwaarden en beperkingen van de bemiddelaar? Welke interventies zijn voor elke bemiddelaar haalbaar?

VCOK is niet enkel bij de wetenschappers maar ook bij de praktijkbemiddelaars te rade gegaan. We wilden immers bestaande expertise benutten. Zo hebben we een grote groep bemiddelaars geconsulteerd, zowel advocaat-, notaris- als derdegroep-bemiddelaars, uit het Forum bemiddeling (www.forumbemiddeling.be). Er was overleg met het Kinderrechtencommissariaat, met het Steunpunt Algemeen Welzijnswerk en met enkele ervaren therapeuten. Uit deze ronde van Vlaanderen bleek een sterke vraag naar gebundelde informatie over basisinterventies van elke ouderschapsbemiddelaar: naast elkaar zetten van partnerschap en ouderschap, verkennen van bekommernissen van het kind, en verkennen van de gevolgen van de regelingen op het kind.

Bemiddelaars ondersteunen kinderen via hun ouders

De ouders zijn veruit de beste experts om de veerkracht van hun kinderen aan te zwengelen, om hun kinderen doorheen de scheiding te helpen. Verstevig de veerkracht van ouders en je verstevigt de veerkracht van hun kind. De kinderen zelf willen spreken met hun ouders, niet zozeer met professionelen. ‘Spreken met kinderen’ vereist bovendien bijzondere vaardigheden die men niet van elke bemiddelaar kan verwachten. Het project heeft zich daarom toegespitst op interventies via de ouders.

Onze inspiratiebronnen waren onder meer prof. Robert Emery psycholoog-bemiddelaar en docent aan de universiteit van Virginia in de VS, dr. Bren Neale onderzoekster aan de universiteit van Leeds in Engeland, prof. Jennifer McIntosh psycholoog-bemiddelaar en docent aan de La Trobe universiteit in Merlbourne-Australië, en dr. Donald Saposnek psycholoog-bemiddelaar en docent aan de universiteit Santa Cruz in Californië. We hebben het geluk gehad prof. Robert Emery te kunnen ontmoeten, evenals prof. Lawrie Moloney een medewerker van prof. Jennifer McIntosh.

Instrumenten

Kinderen ondersteunen door hun ouders te ondersteunen: hoe? We hebben instrumenten voor kinderen, ouders en bemiddelaars uitgewerkt.

voor kinderen: Een folder over bemiddeling
voor ouders: Het professorenfilmpje en het bemiddelingsfilmpje
voor bemiddelaars: Werkboek en film Kindgerichte ouderschapsbemiddeling

Top